ACADEMIE VOOR DE HEBREEUWSE BIJBEL EN DE HEBREEUWSE TAAL

Artikelen in de pers

De Vlam,  6 November 1948

De zaak-Weinreb bedreigd recht
 

De motivering van het vonnis, waarbij de Bijzondere Raad van Cassatie de heer Weinreb tot zes jaar gevangenisstraf met aftrek van de preventieve hechtenis heeft veroordeeld, moet iedere verzetsstrijder rebels maken en ieder mens met rechtsbesef de vraag doen stellen, of het Recht bij dit college wel in vertrouwde handen is.

Totalitair recht is, het veroordelen van een verdachte, ook als er twijfel aan de schuld bestaat. Democratisch recht daarentegen is vrijspraak bij twijfel. De sententie van de Bijzondere Raad heeft aan de twijfel geen eind gemaakt.

Herhaaldelijk vervolgt de Bijzondere Rechtspleging slechts een deel van de feiten. Hier te lande geldt de opvatting, dat niemand voor dezelfde zaak meer dan eenmaal vervolgd kan worden. Toch behoudt de B.R.v.C. zich het recht voor, enkele zaken tegen Weinreb te vervolgen, alhoewel op de rechtszitting getracht werd, de verdediging te beletten, deze zaken mede in het geding te brengen om een zuiver beeld te krijgen.

De B.R.v.C. heeft de argumentatie van de verdediging, die duidelijk de onbetrouwbaarheid van getuigenverklaringen aantoonde, naast zich neergelegd en tracht de verdediging zelfs niet te weerspreken.

In de sententie overweegt de raad:
"dat ook hierbij echter requirants hoogmoedig vertrouwen in eigen intelligentie en zijn zelfgenoegzame zedelijke oordeel omtrent wat bij het voortzetten van zijn grote spel nog geoorloofd en niet geoorloofd was, hem hebben verblind en hebben geleid tot het opofferen van individuele personen tot redding van zich zelf, zijn gezin en een grotere groep, welker lot hij in handen genomen had en, niettegenstaande de, ook hem toen reeds lang duidelijk geworden, ontzaglijke risico’s, meende alsnog in handen te mogen nemen; dat de rechtsorde niet gedoogt, dat enig mens, in vertrouwen op eigen kunnen en naar eigen morele maatstaf, aldus beschikt over leven en lot van anderen; dat ter bevrijding van requirant niet kan strekken de overweging, dat het door hem opgezette vernuftige plan hem ten slotte uit de hand gelopen is;
dat wie, zoals reqiurant zelf heeft toegegeven, een vermetel plan opzet, zonder het verdere verloop te kunnen overzien, in het bewustzijn van deszelfds risico's en zonder degenen, die hij bij de uitvoering daarvan betrekt naar waarheid in te lichten, daarmede een zware persoonlijke verantwoordelijkheid op zich neemt voor de gevolgen, die er uit kunnen voortvloeien, en zich niet meer aan die verantwoordelijkheid kan onttrekken, wanneer hij dientengevolge in dwangpositie geraakt."

Dit betekent, dat iedere leider van een verzetsgroep, iedere helper van vervolgde Joden, iedere illegale strijder vervolgd kan worden, hetzij omdat bij pogingen tot bevrijding van gevangen makkers, hetzij bij het voorschrijven van een gedragslijn aan onderduikers, hetzij bij het doen van een overval op een distributiekantoor, niemand vooraf ,,het verdere verloop heeft kunnen overzien", of, niemand de garantie had, dat hem de zaak niet uit handen zou lopen.

Wij beperken ons op dit moment in verband met onze plaatsruimte tot deze opmerkingen. Wij zullen er echter ten spoedigste op terug komen. Maar wij roepen reeds thans een ieder, die het recht ter harte gaat, front te maken tegen het optreden van de B.R.v.C. Overigens: indien de gestelde normen in de toekomst zullen gelden, waarom eisen deze rechters dan niet de vervolging van iedere generaal, tot en met Spoor, Kruls, Eisenhower en Montgomery, die evenmin vooraf hebben kunnen overzien, of hun plannen tot resultaat zouden leiden, dan wel of de operaties hen uit de hand zouden lopen? Of is er tweerlei recht, het ene voor een met de dood bedreigde Jood, het andere voor de gebenedijde militairisten?
 
 

 

Copyright © 2024 Academie voor de Hebreeuwse Bijbel en de Hebreeuwse Taal.