ACADEMIE VOOR DE HEBREEUWSE BIJBEL EN DE HEBREEUWSE TAAL

Notities van lezingen

74

Bezalel * kern-kringen * Sinai

            Bezalel maakte de dingen voor het Mischkon (de tent der samenkomst) zo dat Mozes er hetzelfde in herkende als hem op de berg Sinai door God was getoond, want aan Bezalel waren alleen de maten en het materiaal opgegeven en het was nu maar afwachten of de dingen zo zouden worden als Mozes op de Sinai gezien had, doch inderdaad kwamen zij zo dat er een volkomen gelijkenis was. (Exodus 35,22)

            Wij zien hier weer hetzelfde beeld dat wij steeds in die dingen waarnemen moeten, namelijk dat in de kring zich moet uitdrukken wat in de kern aanwezig is. Toen Mozes op de Sinai was en daar alles zag, hoorde en leerde, was hij zoals het verhaal trouwens ook overduidelijk laat zien, in de kern, bij God, en kreeg daar van begin tot eind alles geopenbaard. Nu kwam hij terug naar de kring, nog stralend van de kracht van de kern, hetgeen juist tegenover de kring-wereld bedekt moest worden, en hij vertelde in de woorden van de kring wat hij in de kern had gezien en wat het wezenlijke van de wereld was. En Bezalel maakte dit in de kring en inderdaad verscheen tenslotte in de kring precies hetzelfde wat Mozes in de kern had gezien. Het inzicht en de daden van Bezalel waren dus juist en datgene dat niet te beschrijven was geweest uitte zich nu toch in de verschijningsvorm hier tot in de kleinste details toe. Bezalel betekent Bezel-El, dit wil zeggen “in de schaduw van God”. En inderdaad, dat wat Bezalel maakte was ook eigenlijk als de schaduw van God, als de uitbeelding van de kern in deze kring. Als dus het weten en de intentie van de daad goed zijn komt vanzelf de juiste vorm naar voren; daarover behoeven wij ons niet druk te maken, niet bezorgd of de verschillende details wel zullen kloppen. Dan zorgt God voor dat, wat de van de kern afgesneden mens een wonder noemt, doch in wezen de verbinding duidelijk laat zien. Er ontstaat tot in alle details in de kring datgene wat dan ook verschijnen moet, er is dan overeenkomst tussen wezen en verschijning en men weet dan dat het zo goed was. Als de verschijning echter niet klopt, dan is er ergens in de daden of intentie iets verkeerd geweest en zou Mozes zeggen: “Het lijkt er wel op maar op de Sinai zag het er toch wat anders uit.”

 

Copyright © 2024 Academie voor de Hebreeuwse Bijbel en de Hebreeuwse Taal.